Home

loskomen

Loskomen is een Nederlands werkwoord met de kernbetekenis 'losraken' of 'loskomen van/uit iets waaraan het vast zat'. Het beschrijft een proces waarbij een vastzittend of verbonden object losser wordt of volledig loskomt. Het woord wordt in verschillende contexten gebruikt, zowel letterlijk voor fysieke verbindingen als figuurlijk voor het verdwijnen van binding of aansluiting.

In technische, bouw- en huishoudelijke contexten duidt loskomen vaak op een toenemend of plotseling verlies van

In medische en tandheelkundige contexten wordt loskomen gebruikt om tanden, implantaten of kunstmatige onderdelen aan te

Grammaticaal gezien is loskomen een werkwoord waarvan de tegenwoordige tijd meestal verschijnt als komt los, de

Zie ook: losmaken, losraken, vastzetten.

grip.
Voorbeelden
zijn
een
schroef
die
loskomt,
een
paneel
dat
losgekomen
is
van
de
muur
of
een
klink
die
niet
meer
goed
sluit.
Losgekomen
onderdelen
brengen
vaak
veiligheids-
en
functieverlies
met
zich
mee
en
vereisen
inspectie
of
reparatie.
Oorzaken
zijn
slijtage,
trillingen,
corrosie
of
verkeerde
installatie.
duiden
die
los
raken.
Een
kies
of
kroon
kan
loskomen
door
parodontale
aandoeningen,
trauma
of
onvoldoende
integratie
met
het
aangrenzende
bot.
Ook
bij
protheses
of
beugels
kan
het
woord
passend
zijn.
De
term
geeft
aan
dat
er
sprake
is
van
verlies
van
adhesie
of
contact.
verleden
tijd
als
kwam
los
(meervoud:
kwamen
los),
en
de
voltooide
tijd
met
zijn/been:
is
losgekomen.
De
ontstaanslaag
van
het
woord
ligt
in
los
(los,
vrij)
en
komen
(gaan),
en
duidt
op
het
proces
van
verlaten
of
los
raken.