beschrijft

Beschrijft is de derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van het Nederlandse werkwoord beschrijven. Beschrijven betekent in feite iets in woorden weergeven, uit de kenmerken of eigenschappen te maken en te laten zien hoe iets eruitziet, werkt of gebeurt. Het infinitief is beschrijven; de belangrijkste vervoegingen in de tegenwoordige tijd zijn ik beschrijf, jij beschrijft (of u beschrijft), hij/zij/het beschrijft, wij beschrijven, jullie beschrijven, zij beschrijven. Het voltooid deelwoord is beschreven en de verleden tijd is beschreef.

Etymologisch komt beschrijven van het samengestelde werkwoord be- en schrijven, oorspronkelijk met de betekenis ‘om iets op schrift te zetten of te weergeven’. In de moderne taal heeft het een ruimere toepassing en verwijst het naar het op duidelijke en systematische wijze onder woorden brengen van kenmerken, processen, gebeurtenissen of situaties.

Gebruik en toepassing: beschrijven komt veel voor in taal- en tekstproductie, academische publicaties, journalistiek en literatuur. Het kan concreet zijn (een voorwerp), abstract (een concept) of narratief (gebeurtenissen en relaties). Voorbeelden: “Het rapport beschrijft de achterliggende oorzaken van de situatie.” “De auteur beschrijft de omgeving gedetailleerd.” In de literatuur kan beschrijven plaatsvinden op niveau van personages, plaatsen en sfeer. Het werkwoord heeft verwante vormen zoals beschrijving (noun) en beschrijvend (adjectief); tegenovergestelde of gerelateerde aanduidingen zijn onder andere omschrijven, wat meer gericht kan zijn op herformuleren of definiëren.

Een gebiedende wijs is beschrijf, bijvoorbeeld: Beschrijf hoe het proces verloopt.