Home

haplogroepen

Haplogroepen zijn genetische lijnen die langs de directe vrouwelijke of mannelijke lijn voortgaan en worden gedefinieerd door kenmerkende mutaties in het mitochondriale DNA (mtDNA) of op het Y-chromosoom. Ze vormen takken van de menselijke stamboom en worden gebruikt om populatiegeschiedenis en menselijke migraties te reconstrueren en te bestuderen.

Mitochondriale haplogroepen (mtDNA) volgen de maternale lijn, terwijl Y-chromosomale haplogroepen (Y-DNA) de paternale lijn weergeven. Beide

Haplogroepen leveren informatie over diepe afstamming en historische bewegingen, maar reflecteren slechts een deel van iemands

Voorbeelden: mtDNA-haplogroep H is veelvoorkomend in Europa; L-haplogroepen komen voor in Afrika; M- en N-lijnen zijn

Haplogroepen vormen een van de gereedschappen in genetische antropologie en genealogie. Ze vullen autosomale DNA-gegevens en

worden
vastgesteld
aan
de
hand
van
specifieke
SNP’s
(en
andere
mutaties)
die
een
bepaalde
lineage
definiëren.
De
classificatie
volgt
aparte
fylogenetische
bomen
voor
mtDNA
en
Y-DNA,
met
telkens
een
hiërarchische
structuur
van
groepen
die
afstammen
van
gemeenschappelijke
voorouders.
voorouderlijke
achtergrond.
Moderne
populaties
zijn
sterk
gemengd,
en
genetische
drift
en
founder
effects
kunnen
de
verdeling
van
haplogroepen
beïnvloeden.
Daardoor
komen
haplogroepen
vaak
niet
overeen
met
hedendaagse
etnische
identiteiten
of
nationaliteiten.
wijdverspreid
in
Azië
en
daarbuiten.
Y-DNA-haplogroepen
zoals
R1b
in
West-Europa,
E1b1a
in
Sub-Saharisch
Afrika,
en
Q
in
veel
inheems-Amerikaanse
populaties
leveren
aanwijzingen
over
migratiepatronen
en
geografische
geschiedenis.
archeologische
context
aan,
maar
vereisen
zorgvuldige
interpretatie
omdat
ze
niet
de
individuele
identiteit
bepalen.