Home

gewrichtsbewegingen

Gewrichtsbewegingen verwijzen naar de verplaatsing van botten ten opzichte van elkaar in een gewricht. Deze bewegingen vormen een essentieel onderdeel van het motorische systeem en worden mogelijk gemaakt door de samenwerking van botten, ligamenten, gewrichtskapsel, kraakbeen, synoviale vloeistof en de spieren die de ledematen bewegen. De bewegingen worden doorgaans geclassificeerd naar het type gewricht en naar de richting waarin de botten bewegen.

Veelvoorkomende bewegingen zijn flexie en extensie (het vergroten of verkleinen van de hoek tussen twee segmenten);

De mogelijkheid tot deze bewegingen hangt af van het soort gewricht. Scharniergewrichten zoals knie en elleboog

Het bewegingsbereik (range of motion, ROM) varieert tussen individuen en kan door leeftijd, letsel, ziekte of

Gewrichtsbewegingen zijn van belang voor dagelijkse activiteiten, sport en revalidatie.

abductie
en
adductie
(bewegingen
weg
van
en
naar
de
middellijn);
rotatie
(interne
en
externe
rotatie);
circumductie
(een
cirkelvormige
beweging
die
combinatie
van
flexie,
extensie,
abductie
en
adductie
omvat).
Daarnaast
bestaan
er
voet-
en
handbewegingen
zoals
plantairflexie
en
dorsiflexie
van
de
voet,
inversie
en
eversie
van
de
voet,
supinatie
en
pronatie
van
de
onderarm/hand,
en
oppositie
en
repositie
van
de
duim.
voeren
met
name
flexie
en
extensie
uit.
Kogelgewrichten
zoals
schouder
en
heup
maken
meerdere
bewegingsassen
mogelijk,
waaronder
flexie/extensie,
abductie/adductie,
rotatie
en
circumductie.
Ellipsoïde
en
zadelgewrichten
bieden
variatie
in
bewegingsrichting,
terwijl
vlakke
(glijdende)
gewrichten
glijbewegingen
toelaten.
training
toenemen
of
afnemen.
In
klinische
en
sportgeneeskunde
wordt
ROM
vaak
gemeten
met
een
goniometer
en
beoordeeld
op
functionele
toepasbaarheid.