Home

depolariserende

Depolariserende is een term uit de fysiologie en farmacologie die verwijst naar een stof of stimulus die de membraanpotentiaal van een excitable cel depolariseert. Depolarisatie betekent een verandering van het rustmembraanpotentiaal, gewoonlijk circa −70 mV, naar minder negatieve waarden. Als de drempelwaarde wordt overschreden (ongeveer −55 mV), openen spanningsafhankelijke natriumkanalen, wat leidt tot een snelle depolarisatie en een actiepotentiaal. Vervolgens vindt repolarisatie plaats door inactivatie van natriumkanalen en opening van kaliumkanalen, waarna het membraan terugkeert naar het rustpotentiaal.

In zenuw- en spiercellen zijn depolarisatie en de daaropvolgende repolarisatie essentieel voor de overdracht van signalen

In de geneeskunde verwijst depolariserende blokkade meestal naar depolariserende neuromusculaire blokkaders, zoals succinylcholine. Deze stof bindt

Depolariserende blokkades onderscheiden zich van niet-depolariserende blokkaders die competitief de ACh-receptor blokkeren zonder initiële depolarisatie en

en
spiercontractie.
Een
depolariserende
stimulus
maakt
de
cel
korter
excitabel
voor
verdere
prikkels,
maar
bij
voortduring
kan
de
membraanpotentiaal
in
een
toestand
raken
waarin
verdere
excitatie
tijdelijk
wordt
belemmerd.
aan
de
nicotinische
acetylcholinereceptor
op
de
endplate
en
induceert
aanvankelijke
depolarisatie
met
fasciculaties,
gevolgd
door
een
langdurige
depolarisatie
waardoor
de
postsynaptische
receptor
tijdelijk
niet
meer
reageert
op
acetylcholine.
Het
blokkade-effect
is
kortdurend
doordat
succinylcholine
snel
wordt
afgebroken
door
plasmacholinesterase;
bij
langdurige
blootstelling
kan
desensitisatie
van
de
receptor
optreden
(fase
I-
of
fase
II-blok).
doorgaans
een
langer
herstel
kennen.
In
de
klinische
praktijk
spelen
ze
een
rol
bij
anesthesiologie,
met
aandacht
voor
bijwerkingen
zoals
hyperkalemie
en,
bij
predispositie,
het
risico
op
malignant
hyperthermie.