antigentesten

Antigentesten zijn diagnostische tests die specifieke eiwitten (antigenen) van een ziekteverwekker, meestal een virus, detecteren. Het meest bekend zijn ze voor SARS-CoV-2 in de context van de COVID-19-pandemie, maar antigentesten kunnen ook op andere virussen of bacteriën gericht zijn. De tests worden doorgaans uitgevoerd als point-of-care-test of voor thuisgebruik. Een monster wordt meestal afgenomen met een neusswab of keelswab; bij sommige testen kan ook speeksel gebruikt worden. Het monster wordt op een teststrip aangebracht die antilichamen bevat die het doeldelijk antigen binden. Bij een positieve uitslag verschijnt doorgaans een zichtbare lijn; een controlelijn bevestigt dat de test goed werkte. Resultaten zijn meestal binnen 15 tot 30 minuten beschikbaar.

Vergeleken met RT-PCR-tests hebben antigentesten doorgaans een lagere gevoeligheid, vooral bij lage virusbelasting of vroeg/laat in de infectie. Specificiteit is meestal hoog, waardoor positieve uitslagen betrouwbaar zijn, maar het kan tot valse negatives komen. Een negatieve uitslag sluit infectie niet volledig uit, zeker bij symptomatische personen of bij hoger risicoprofiel kan een vervolgtest met RT-PCR aanbevolen zijn. Veel landen hebben antigentesten toegestaan voor zelftests of voor professioneel gebruik, met duidelijke instructies voor opslag, verwerking en interpretatie.

Antigentesten zijn vooral handig voor snelle screening in omgevingen zoals scholen, bedrijven en reizigerssituaties, om mensen met een hogere virusbelasting die mogelijk besmettelijk zijn snel te identificeren. Nauwkeurige uitvoering en naleving van de fabrieksspecificaties zijn cruciaal voor betrouwbaarheid.