Afdruksnelheid

Afdruksnelheid is een term uit de 3D-printing die de snelheid beschrijft waarmee een printer materiaal neerlegt om een object op te bouwen. Bij FDM/FFF-printers wordt meestal gesproken over print snelheid, gemeten in millimeter per seconde (mm/s). Bij SLA- en DLP-printers verwijst afdruksnelheid vaker naar de tijd per laag die nodig is om een resinlaag te verharden.

Het instellen van afdruksnelheid gebeurt meestal in de slicesoftware (slicer) en in de firmware van de printer. De belangrijkste parameters zijn print speed, travel speed (bewegingsverplaatsingen zonder materiaalaflegging), laaghoogte, en de grootte van de nozzle, plus de extrusietoevoer. Ook acceleratie en jerk bepalen hoe snel de printer kan beginnen en stoppen met bewegingen, wat invloed heeft op zowel snelheid als kwaliteit.

Effecten en afwegingen: hogere afdruksnelheid levert kortere printtijden op, maar kan leiden tot slechtere positionering, onderextrusie, minder details en meer trillingsartefacten zoals onregelmatigheden in het oppervlak. Een lagere snelheid verbetert doorgaans de precisie en oppervlakteafwerking, maar verlengt de levertijd. Temperatuur, koeling en materiaalkeuze spelen eveneens een rol.

Typische bereiken: voor veel desktop FDM-printers ligt de gangbare print snelheid meestal tussen circa 40 en 80 mm/s; voor hoge kwaliteit prints vaak tussen 20 en 60 mm/s. Bij SLA/DLP-resines ligt de snelheid uitgedrukt als tijd per laag, afhankelijk van laaghoogte en resin.

Optimalisatie: begin met een conservatieve snelheid en verhoog stap voor stap terwijl de gewenste kwaliteit behouden blijft. Kalibreer extrusie en temperatuur, controleer bewegingsmechanismen op wrijving, en pas eerste-laag snelheid en koeling aan om consistente resultaten te krijgen.