wachten
Wachten is een Nederlands werkwoord met de hoofdbetekenis om op een plek te blijven totdat iets gebeurt of iemand arriveert. Het kan ook verwijzen naar het tonen van geduld, bijvoorbeeld wachten op een bericht, een afspraak of beter weer.
Etymologie en verwantschap: wachten is van Germaanse oorsprong en verwant aan het Duitse wachen, wat “watchen”
Vervoeging en vormen: infinitief wachten. Tegenwoordige tijd: ik wacht, jij/u wacht, hij/zij wacht, wij wachten, jullie
Gebruik en uitdrukkingen: met op wordt het meestal gevolgd door een voorwerp, zoals wachten op de trein
Zie ook: wachttijd, wachtrij, wachtkamer, wachtwoord. Wachten is een algemene en frequente handeling in het dagelijks