Home

volumenverlies

Volumenverlies, in medische termen ook wel hypovolemie of volume depletion genoemd, verwijst naar een afname van het intravasculaire volume van bloed en plasma. Het kan optreden als gevolg van verlies van vocht en plasma wegens bloedverlies, uitdroging of derde-ruimte-verschuivingen, en heeft invloed op de weefselperfusie en het zuurstoftransport.

Oorzaken zijn onder meer acuut bloedverlies door trauma of operaties, ernstige diarree of braken, overmatig zweten,

Klinische presentatie varieert afhankelijk van de ernst en snelheid van verlies. Veelvoorkomende tekenen zijn tachycardie, orthostatische

Diagnose is meestal klinisch, ondersteund door vitale functies en urinestatus. Laboratoriumonderzoek kan wijzen op verhoogde BUN/creatinine-ratio

Behandeling richt zich op snelle fluid resuscitatie en bronaanpak van de oorzaak. Eerstelijnstherapie bestaat uit intraveneuze

brandwonden,
overmatig
gebruik
van
diuretica,
en
sepsis
of
pancreatitis
waarbij
vocht
uit
de
bloedsomloop
in
interstitiële
ruimten
wordt
getrokken.
Ook
bij
ouderen,
patiënten
met
nier-
of
hartziekten
of
bij
uitdroging
door
koorts
kan
volumenverlies
snel
ontstaan.
hypotensie,
droge
slijmvliezen,
verminderde
huidturgor,
geringe
urineproductie
en
verwardheid
bij
ouderen.
Bij
ernstige
hypovolemie
kan
shock
ontstaan
met
lage
bloeddruk
en
verminderde
organenperfusie.
bij
uitdroging,
geconcentreerd
bloed
bij
verlies
van
plasma,
en
lactaatverhoging
bij
verminderde
weefseldoorbloeding.
Het
bepalen
van
de
oorzaak
is
essentieel
voor
gerichte
behandeling.
toediening
van
kristalloid
oplossingen
(bijv.
fysiologisch
zout
of
Ringer’s
lactaat)
met
doelmatige
monitoring
van
urineproductie
en
vitale
functies.
Bij
bloedverlies
kunnen
bloedproducten
nodig
zijn;
bij
shock
kunnen
vasoactieve
medicatie
worden
ingezet.
Preventie
omvat
de
tijdige
herkenning
van
risico’s
en
zorgvuldige
vochtbalans,
vooral
bij
kwetsbare
patiënten.