voertuigbekabeling

Voertuigbekabeling verwijst naar alle elektrische bedrading, kabelbomen en aanverwante componenten die elektrische systemen in een voertuig verbinden. Het omvat hoofd- en secundaire bekabeling die energie en signalen distribueert tussen de motor, de aandrijving, het interieur en aanvullende systemen zoals infotainment, verlichting en veiligheidssystemen.

Belangrijke onderdelen zijn kabels en draden, kabelbomen (loom), connectoren, klemmen, zekeringen en relais, evenals kabelkanalen en beschermkappen. Kabelbomen worden in de fabriek op maat gemaakt en langs zorgvuldig geplande routes door het voertuig geleid, afgebonden en afgeschermd tegen trillingen, vocht en mechanische belasting. De bekabeling kan ook hoogspanningscircuits omvatten voor elektrische en hybride voertuigen.

Netwerken en signalen: Naast eenvoudige spanningsdraden voor verlichting en actuatoren worden steeds vaker digitale netwerken ingezet, zoals CAN (Controller Area Network), LIN, FlexRay en Automotive Ethernet. Deze netwerken maken communicatie mogelijk tussen elektronische regeleenheden (ECU's) en verminderen de hoeveelheid bekabeling door signalen te multiplexen.

Ontwerp en installatie: Bij het ontwerpen worden routing, bundeling, klam, afscherming, klimaat, trillingen en ruimtelijke beperkingen in ogenschouw genomen. Tijdens productie en montage komen processen als krimpen, lassen en verzegelen aan bod, en worden testen op continuïteit en isolatieweerstand uitgevoerd om fouten vroegtijdig uit te sluiten. Hoge-spanning systemen brengen extra veiligheidsmaatregelen met zich mee, zoals isolatie en zorgvuldige beveiliging tegen kortsluiting.

Veiligheid en standaarden: Voertuigbekabeling valt onder automotive kwaliteits- en veiligheidsnormen. Praktijken volgen IATF 16949 en, voor functionele veiligheid, ISO 26262. Voor elektrische en hybride voertuigen gelden aanvullende eisen met betrekking tot isolatie, bescherming tegen kortsluiting en betrouwbare voeding van energiedragers. Daarnaast bestaan normen voor beschermingsklassen (IP) en environmentele tests.

Onderhoud en levensduur: Bekabeling is ontworpen voor lange levensduur, maar bij servicewerkzaamheden wordt vaak gecontroleerd op beschadigingen, losse connectoren of corrosie. Reparaties bestaan uit vervanging of revisie van kabelboomsecties en aanpassingen aan aangrenzende systemen.