Home

verlammede

Verlammede is het Nederlandse bijvoeglijk naamwoord dat in het algemeen ‘verlamd’ of ‘met verlamming’ betekent. Het wordt gebruikt om aan te geven dat een persoon, een ledemaat of een lichaamsdeel geen of nauwelijks beweging kan maken door schade aan zenuwen, de ruggenmerg of een ziekte. Voorbeelden zijn: een verlamde arm, verlamde benen of een verlamde patiënt. In predicatieve zinnen kan men spreken van “de arm is verlamd”.

Etymologie en vormgeving: verlammen is het werkwoord achter de term, met als zelfstandig naamwoord verlamming. De

Medische context: de term wordt vaak toegepast in medische, zorg- en nieuwscontexten en kan verwijzen naar gedeeltelijke

Taalgebruik en gevoeligheid: in de omgangstaal wordt soms gekozen voor personen-gericht taalgebruik, zoals “een persoon met

Zie ook: Verlamming, Verlammingsoorzaken, Neurologie.

bijvoeglijke
vorm
verlamde
(of
verlamd)
ontstaat
uit
deze
stam
en
varieert
afhankelijk
van
grammaticale
context
en
gebruiksplaats
in
de
zin.
In
teksten
ziet
men
vaak
zowel
verlamde
als
verlamd
gebruikt;
specifieke
vorm
kan
afwijken
afhankelijk
van
het
geslacht,
getal
en
lidwoorden
voorafgaand
aan
het
zelfstandig
naamwoord.
of
volledige
verlamming.
Algemene
verwante
termen
zijn
paraplegie
(verlamming
van
beide
benen),
tetraplegie
(verlamming
van
armen
en
benen)
en
hemiplegie
(verlamming
aan
één
zijde
van
het
lichaam).
Verlamming
kan
het
gevolg
zijn
van
onder
meer
een
beroerte,
ruggenmergletsel,
aandoeningen
zoals
multiple
sclerose
of
andere
neurologische
aandoeningen.
verlamming”
in
plaats
van
uitsluitend
“de
verlamde”.
Dit
weerspiegelt
een
bredere
voorkeur
voor
respectvolle
en
nauwkeurige
beschrijvingen
in
discourse
over
aandoeningen.