verenigt

Verenigt is de derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van het Nederlandse werkwoord verenigen. Het betekent samenbrengen of tot één geheel maken.

Verenigen kan ook reflexief voorkomen met zich: zich verenigen. Dit geeft aan dat een of meer partijen of groepen zich samenvoegen tot een enkele eenheid, bijvoorbeeld: De partijen verenigen zich tot een coalitie; het team verenigt zich achter een gemeenschappelijk doel.

Etymologie: verenigen komt uit het Middelnederlands en is afgeleid van een basale wortel die verband houdt met het vormen van één geheel, met het voorvoegsel ver- dat vaak intensiteit of verandering aanduidt. De vorm verenigt volgt uit de standaard vervoeging van werkwoorden op -igen in het Nederlands.

Gebruik: het woord verschijnt in politieke, sociale en juridische taal en beschrijft doelgerichte eenwording of samenwerking tussen actoren. Het draagt een actiever imago dan louter samenvoegen en wordt gebruikt wanneer sprake is van een bewuste, gezamenlijke stap richting één geheel. Synoniemen zijn samenbrengen en fuseren, maar verenigen benadrukt vaak het einde van zelfstandigheid ten gunste van een nieuw, verenigd geheel.