transportwijzen

Transportwijzen verwijzen naar de verschillende manieren waarop mensen en goederen zich verplaatsen, doorgaans onderverdeeld in transport over land, over water en in de lucht. Ze kunnen afzonderlijk worden ingezet of in combinatie, bijvoorbeeld in intermodale ketens.

Wegvervoer omvat auto’s, bussen en vrachtwagens en is de meest toegankelijke vorm van vervoer. Het biedt sterke flexibiliteit en bereik, maar lijdt onder congestie, afhankelijkheid van wegen en relatief hoge emissies per verplaatste reiziger of per ton-kilometer.

Spoorwegvervoer omvat treinen en goederenwagens. Het heeft hoge verwerkingscapaciteit en een relatief lage milieubelasting per ton-km, maar is afhankelijk van een vast liggend net en planning.

Luchtvaart wordt ingezet voor snelle langeafstandsvervoer van mensen en zwaarder vervoer van goederen. Het biedt hoge snelheden maar is duur en heeft een hoge CO2-uitstoot per reiziger of ton-km.

Maritiem vervoer omvat schepen voor lange afstandstransport en containervervoer; binnenvaart via rivieren en kanalen is efficiënt voor regionale vracht. Zeer hoge belading per reis, maar lange levertijden en afhankelijk van havens en regelgeving.

Intermodaal en multimodaal transport combineren meerdere modi in één logistieke keten, vaak met containerisatie en geoptimaliseerde planning om kosten en doorlooptijden te verlagen.

Bij de keuze voor een transportwijze spelen factoren zoals afstand, gewicht en volume, tijdsdruk, betrouwbaarheid, infrastructuur en milieu-impact een rol. Beleidsmakers beogen vaak een verdeling van het goederenvervoer over modaliteiten te verbeteren (modal-split) en te investeren in duurzamere opties, zoals elektrificatie, waterstof en efficiëntere logistiek.