Home

rabbijnse

Rabbijnse is een Nederlands bijvoeglijk naamwoord dat betrekking heeft op rabbijnen of op de rabbinische traditie binnen het jodendom. Het wordt gebruikt om te verwijzen naar zaken die voortkomen uit, aansluiten bij of kenmerkend zijn voor rabbinische autoriteit, rechtspraak, interpretatie en traditie. Het begrip kan zowel verwijzen naar personen (rabbijnse leiders) als naar teksten, leerstukken of praktijken die door rabbijnen worden ontwikkeld of geïnterpreteerd.

Etymologisch is rabbijnse afgeleid van rabbijn, de titel van joodse geestelijke leiders die een sleutelrol spelen

Binnen de rabbinische traditie omvat het bevoegdheidsgebied onder meer de talmudische en midrasische literatuur, de halachische

Het begrip rabbijnse traditie is daardoor zowel een beschrijving van bronnen en methoden als van een levende

in
studie,
halachische
jurisprudentie
en
religieuze
beslissingen.
Het
achtervoegsel
-se
vormt
daarmee
het
adjectief
dat
“van
de
rabbijn”
of
“rabbinisch”
betekent,
vergelijkbaar
met
de
Engelse
term
rabbinic.
(joodse
wet)
interpretatie
en
de
daarmee
samenhangende
gewoonten
en
regels.
Centrale
teksten
zoals
de
Mishnah,
de
Gemara
en
latere
codificaties
en
responsa
behoren
tot
de
rabbinse
literatuur.
In
het
dagelijks
gebruik
kan
men
spreken
van
rabbijnse
jurisprudentie
of
rabbijnse
autoriteit,
waarmee
bedoeld
wordt
hoe
rabbinische
autoriteiten
beslissen
over
kwesties
van
halakha,
ritueel,
levenswet
en
ethiek.
traditie
die
van
generatie
op
generatie
wordt
doorgegeven.
Het
is
een
belangrijk
onderscheiden
criterium
in
studies
van
joodse
wet,
theologie
en
cultuur,
vooral
wanneer
men
onderscheid
maakt
tussen
rabbinische
en
andere
vormen
van
joodse
interpretatie.