onderhoudsperiodes

Onderhoudsperiodes verwijzen naar afgesproken perioden waarin onderhoud aan een apparaat, installatie of infrastructuur plaatsvindt. Het doel is storingen voorkomen, de betrouwbaarheid verhogen en de veiligheid waarborgen, terwijl de levensduur en de prestaties worden geoptimaliseerd.

Er bestaan verschillende typen onderhoudsperiodes. Tijd-gebaseerde onderhoudsperiodes (ook wel preventief onderhoud) worden op vaste intervallen uitgevoerd, ongeacht de toestand van het asset. Gebruiksgesbaseerde onderhoudsperiodes zijn gebaseerd op activiteit of gebruik, zoals uren, kilometerstand of productiecyclus. Conditie-gestuurde onderhoudsperiodes maken gebruik van meetgegevens of sensoren om de toestand te beoordelen en onderhoud te plannen wanneer bepaalde drempels of trends worden bereikt. Voorspellend onderhoud probeert met data-analyse te voorspellen wanneer onderhoud nodig zal zijn, zodat interventie voorstoringen kan voorkomen.

Bij het bepalen van de onderhoudsperioden spelen verschillende factoren een rol, waaronder aanbevelingen van fabrikanten, historische storings- en onderhoudsdata, de kriticiteit van het asset, operationele condities, omgevingsomstandigheden en een kosten-batenafweging.

Planning en uitvoering van onderhoudsperiodes vereisen zorgvuldige afstemming met bedrijfsprocessen. Onderhoudsplannen en -schema’s stellen vast wanneer onderhoud plaatsvindt, zodat downtime geminimaliseerd wordt en benodigde onderdelen en personeel beschikbaar zijn. Administratie en naleving vereisen registratie van alle werkzaamheden, inclusief data, uitgevoerde taken en bevindingen, ter ondersteuning van kwaliteits- en veiligheidsnormen en audits.

Voorbeelden van onderhoudsperiodes komen voor bij industriële machines, voertuigen, elektrische netten en civiele infrastructuur. Samenvattend vormen onderhoudsperiodes een cruciaal onderdeel van asset management, gericht op beschikbaarheid, betrouwbaarheid en veiligheid.