knipperlicht

Knipperlicht is de term voor de indicatorlichten van een voertuig die periodiek oplichten om een voorgenomen richting aan te geven. In het Nederlands wordt vaak gesproken van knipperlichten of indicatoren. Daarnaast worden de knipperlichten die waarschuwen bij gevaar vaak aangeduid als waarschuwingsknipperlichten of hazard lights. Knipperlichten worden gebruikt op auto's, motorfietsen, fietsen met elektronische verlichting en andere gemotoriseerde vervoermiddelen.

Werking en toepassing: Een knipperlicht werkt door een lamp die afwisselend aan en uit te schakelen. De bestuurdershendel of een knop activeert links of rechts, waarna de bijbehorende groep lampen aan- en uitflitst. Moderne voertuigen gebruiken elektronische besturingssystemen die het flitsen regelen; oudere systemen maakten gebruik van een mechanische of semi-mechanische flasher. Bij snelle of trage flitssnelheid kan dat duiden op een lamp- of relaisprobleem of op een afwijkende belasting, bijvoorbeeld bij LED-knipperlichten zonder weerstandsaanpassingen.

Typen en perceptie: De richtingknipperlichten bevinden zich meestal voor- en achteraan het voertuig en zijn bij de meeste wagens amber/oranje van kleur. Waarschuwingsknipperlichten schakelen alle knipperlichten gelijktijdig in of uit, zodat omstanders het voertuig als waarschuwingssignaal herkennen. In sommige voertuigen kunnen de knipperlichten in combinatie met automatische systemen samenwerken met de verkeersveiligheid, zoals adaptieve snelheids- en verkeersassistentie.

Regelgeving en veiligheid: In de Europese Unie zijn richtingknipperlichten doorgaans amber/oranje en voldoen aan specifieke regels voor zichtbaarheid, positionering en synchronisatie met het dashboard. Het effectief gebruik van knipperlichten is essentieel voor verkeersveiligheid, omdat het andere weggebruikers tijd geeft te anticiperen op een manoeuvre. Regelmatig onderhoud, tijdig vervangen van defecte lampen en juiste installatie van LED- versus halogeenlampen bevordert betrouwbaarheid en性能.