Home

kardinaliteiten

Kardinaliteiten beschrijven de grootte van verzamelingen en geven aan hoeveel elementen deze bevatten. In de wiskunde is de kardinaliteit van een verzameling A het aantal elementen van A, genoteerd als |A|.

Finiete verzamelingen hebben een eindige kardinaliteit; oneindige verzamelingen hebben oneindige kardinaliteiten, zoals |N| = aleph-null (ℵ0) en

Kardinale getallen worden vaak aangeduid met κ, λ en soortgelijke symbolen. Rekenkundige bewerkingen op kardinaliteiten volgen specifieke regels;

In databases en informatica wordt kardinaliteit ook gebruikt om de aard van relaties tussen entiteiten te

|R|
=
2^ℵ0,
het
continuum.
Twee
verzamelingen
hebben
dezelfde
kardinaliteit
als
er
een
bijectie
tussen
hen
bestaat;
volgens
de
Schröder-Bernstein-stelling
hebben
twee
verzamelingen
met
elkaars
injecties
dezelfde
kardinaliteit.
voor
vele
oneindige
kardinaliteiten
geldt
vaak
dat
κ+κ
=
κ
en
κ·κ
=
κ.
Exponentiële
relaties
geven
meestal
een
waarde
die
minstens
zo
groot
is
als
max(κ,
λ).
Deze
eigenschappen
vormen
de
kern
van
kardinale
rekenkunde
en
verschillen
soms
van
gewone
telling.
beschrijven:
één-naar-één
(1:1),
één-naar-veel
(1:N)
en
veel-naar-veel
(N:M).
Voorbeelden:
klanten
en
paspoorten
vormen
doorgaans
een
1:1-relatie;
klanten
en
bestellingen
vormen
een
1:N-relatie;
studenten
en
vakken
vormen
een
N:M-relatie.
Veel-naar-veel
relaties
vereisen
vaak
een
tussenliggende
tabel
om
de
koppeling
vast
te
leggen.