Home

gelovig

Gelovig is een Nederlands bijvoeglijk naamwoord dat een persoon of groep beschrijft die sterk in een godsdienst gelooft en de leerstellingen en rituelen daarvan in het dagelijks leven naleeft. Het kan toegepast worden op individuen of op gemeenschappen en heeft doorgaans een descriptieve, neutrale lading, afhankelijk van de context.

Etymologie en betekenisverwant. Gelovig is afgeleid van het werkwoord geloven en het achtervoegsel -ig, dat een

Gebruik en nuance. Gelovig kan neutraal of positief klinken, bijvoorbeeld in uitdrukkingen als “een gelovige gemeenschap”

Gerelateerde termen. Gelovigheid is het zelfstandignaamwoord voor de eigenschap van gelovig zijn. Verwante termen zijn religieus

eigenschap
of
kwaliteit
aanduidt.
Het
woord
is
uit
het
Nederlands
voortgekomen
en
verwijst
naar
de
eigenschap
van
iemand
die
in
een
godsdienst
gelooft,
vaak
in
samenhang
met
geloofsbeleving
en
praktijk.
of
“gelovig
zijn”.
In
sommige
contexten
kan
het
ook
afstandelijk
of
pejoratief
overkomen,
afhankelijk
van
toon
en
bedoeling.
Het
woord
laat
ruimte
voor
verschillende
religieuze
tradities
en
is
niet
beperkt
tot
één
geloof.
en
spiritueel:
religieus
verwijst
vaker
naar
georganiseerde
geloofsbeoefening
en
-instituties,
terwijl
spiritueel
een
bredere,
minder
gestructureerde
zingeving
aanduidt.
In
sociologisch
en
demografisch
onderzoek
wordt
gelovig
vaak
gebruikt
om
de
religieuze
oriëntatie
van
een
groep
te
beschrijven.