factuurtypes

Factuurtypes verwijzen naar de verschillende typen facturen die in de boekhouding en in belastingwetten worden onderscheiden. Ze spelen een rol bij de uitgifte, ontvangst, verwerking en aangifte van omzetbelasting, en bij interne administratieve processen. Hoewel specifieke vereisten per land kunnen verschillen, komen in de praktijk een aantal kerntypes steeds terug: uitgaande factuur, inkomende factuur en tussenliggende vormen zoals pro forma facturen en credit- of debetnota’s.

Uitgaande factuur is de factuur die een leverancier aan een klant stuurt om betaling voor geleverde goederen of diensten te verzoeken. Inkomende factuur is de factuur die een bedrijf ontvangt van een leverancier en die in de eigen boekhouding als kosten of inkoop wordt geboekt. Pro forma factuur is een voorlopige factuur die doorgaans geen betalingsverplichting creëert en vooral wordt gebruikt voor informatie of preparatie van een transactie. Creditfactuur (creditnota) corrigeert of verlaagt een eerder uitgaande factuur, bijvoorbeeld bij terugzending of korting. Debetnota kan door een koper of verkoper worden ingezet om een extra kostenpost of aanpassing aan te geven.

Andere belangrijke typen zijn vereenvoudigde facturen, die voor kleinere transacties worden gebruikt en minder gegevens vereisen, en elektronische facturen (e-facturen), die digitaal worden verzonden en vaak via gestandaardiseerde formats of netwerken zoals Peppol worden verwerkt. Bij grensoverschrijdende transacties kunnen speciale vormen zoals de omgekeerde charge (reverse charge) van toepassing zijn, waarbij de btw-heffing verschuift naar de afnemer.

Kortom, factuurtypes hangen samen met de aard van de transactie, de relatie tussen partijen en de wettelijke vereisten voor facturering en btw.