fabriceerde

Fabriceerde is in het Nederlands de verleden tijd enkelvoud van het werkwoord fabriceeren. Het betekent het tot stand brengen door assemblage of constructie, oftewel vervaardigen of produceren. Daarnaast kan het figuurlijk betekenen iets opzettelijk verzinnen of “fabriceren”, zoals het bij elkaar brengen van onware beweringen of data.

In de eerste betekenis verwijst het naar het maken van fysieke objecten, bijvoorbeeld apparatuur, kunstwerken of machines, door samenvoegen en afwerken van onderdelen. In de figuurlijke betekenis wordt het gebruikt wanneer iemand een verhaal, feiten of gegevens heeft verzonnen of vervalst. Die tweede betekenis heeft vaak een negatieve connotatie, vooral in journalistiek, onderzoek en rechtspraak.

Grammaticaal gezien is fabriceerde de verleden tijd enkelvoud; het voltooid deelwoord is gefabriceerd. Tegenwoordig is de vorm ik fabriceer, jij fabriceert, hij fabriceert, wij fabriceeren, jullie fabriceeren en zij fabriceeren. Verwante termen zijn vervaardigen, produceren en construeren; tegenover de figuurlijke betekenis staan verzinnen en fabriceren in de zin van misleiden.

Een voorbeeld: hij fabriceerde eerder een prototype van het apparaat. Een andere context: de rapporteur werd beschuldigd van het fabriceren van bewijzen. Zo wordt het woord gebruikt in zowel concrete productie als in het liegen of manipuleren van informatie.