coaguleert

Coaguleert is de derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van het werkwoord coagulereren en verwijst naar het proces waarbij een vloeistof of suspensie overgaat in een meer vaste structuur, vaak door de vorming van een netwerk van deeltjes of vezels die een stolsel, gel of korrel vormen. Het begrip wordt in verschillende vakgebieden gebruikt en kent meerdere verschijningsvormen.

In de biologie en geneeskunde duidt coaguleert meestal op bloedcoagulatie. Bij beschadiging van een bloedvat zetten stollingsfactoren een enzymatische cascade in werking; uiteindelijk vormt een netwerk van fibrine het stolsel dat bloedcellen vasthoudt en zo de bloeding stopt. Het proces wordt geregeld door antistollings- en fibrinolytische systemen.

In de voedingswetenschap wordt coaguleert gebruikt om het samenklonteren van eiwitten aan te duiden, bijvoorbeeld bij melk of kaas. Door zuren, enzymen zoals rennet, of warmte verliezen eiwitten stabiliteit en vormen ze een netwerk of gel dat een kaasmassa kan vormen.

In waterbehandeling en chemie wordt coaguleert toegepast om colloïdale deeltjes te destabiliseren. Door toegevoegde coagulanten (zoals aluminium- of ijzerzouten) klonteren deeltjes tot grotere flocs zodat sedimentatie of filtratie eenvoudiger wordt.

Het begrip staat los van stollen, dat meestal verwijst naar een meer rigide omzetting tot een vaste stof. Coaguleert is bruikbaar in wetenschappelijke, medische en technische contexten om het ontstaan van een stolsel, gel of netwerk te beschrijven.