antigeenen
Antigenen zijn moleculen of moleculaire fragmenten die door het immuunsysteem herkend kunnen worden en een immuunrespons kunnen oproepen. Ze bestaan uit verschillende macromoleculen, zoals eiwitten, koolhydraat- en lipidenstructuren, en komen voor bij ziekteverwekkers, allergenen of andere bronnen. Sommige antigenen zijn afkomstig van buiten het lichaam, andere zijn autoantigenen of endogene antigenen. Kleine moleculen zijn vaak immunogeen alleen wanneer ze gekoppeld zijn aan grotere draagstoffen (hapten).
Een antigen bevat epitopen, de specifieke delen die door antilichamen of T-celreceptoren worden herkend. Immunogeniciteit is
Voor de herkenning en verwerking van antigenen spelen antigen-presenterende cellen een sleutelrol: dendritische cellen, macrofagen en
Antigenen worden doorgaans onderverdeeld in exogene (van buiten de cel), endogene (intracellulair) en autoantigenen of alloantigenen
Toepassingen en klinische relevantie omvatten vaccinontwikkeling, diagnostiek van infectieziekten en begrip van auto-immuunziekten en transplantatiereacties. De