Uitstraalt

Uitstraalt is de derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van het Nederlandse werkwoord uitstralen. Uitstralen betekent in wezen iets naar buiten zenden of uitstralen, zoals licht, warmte, kleur of geur. Het kan zowel letterlijk als figuurlijk worden gebruikt: iemand of iets kan een eigenschap, sfeer of indruk uitstralen.

Het woord is opgebouwd uit het voorvoegsel uit- en het werkwoord stralen. Het verwijst naar het naar buiten komen van energie of kenmerken. In zinnen wordt vaak gezegd dat iets licht, warmte of kleur uitstraalt, of dat iemand rust, vertrouwen of optimisme uitstraalt.

Enkele voorbeelden: De lamp straalt helder licht uit. De kamer straalt warmte uit. Hij straalt vertrouwen uit. De uitdrukking wordt vaak gebruikt om eigenschappen of gemoedstoestanden te beschrijven, zoals “haar houding straalt kalmte uit.”

In de wetenschap heeft uitstraling ook een technische betekenis: het verwijst naar het uitzenden van energie door een voorwerp, zoals elektromagnetische straling of zonnestraling. Het zelfstandig naamwoord uitstraling verwijst naar dit emissieproces, maar ook naar de uitstraling of charisma van een persoon.

Let op spelling en tijdsvormen: de voltooide tijd van uitstralen wordt meestal gevormd met uitgestraald, bijvoorbeeld: De lamp heeft helder licht uitgestraald.