Uitgedrukt

Uitgedrukt is een bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands, afgeleid van het werkwoord uitdrukken. Het betekent 'uitgesproken', 'verwoord' of 'in expliciete vorm weergegeven'. Iets dat uitgedrukt is, is dus duidelijk en concreet gecommuniceerd, in tegenstelling tot wat impliciet of onderverstaan blijft.

Etymologisch komt het woord van uit- (naar buiten) en drukken (drukken, uitdrukken). De combinatie verwijst naar het proces van vormgeven en naar buiten brengen van een gedachte, gevoel of waarde in woorden, symbolen of cijfers. In het taalgebruik kan men spreken van een uitgedrukte bedoeling, uitgedrukte betekenis of uitgedrukte emoties; in elke context duidt het op helder gecommuniceerde inhoud.

Toepassingen komen voor in verschillende vakgebieden. In de algemene taal wordt het gebruikt wanneer men zegt dat iets expliciet is uitgedrukt, bijvoorbeeld een standpunt of een zorg. In de wiskunde en informatica kan men spreken van een getal of wortel dat uitgedrukt is in decimale vorm of als een exacte breuk. In de linguïstiek en semantiek verwijst het naar wat letterlijk is gecommuniceerd, als tegenovergestelde van impliciete betekenis. Synoniemen zijn expliciet en uitgesproken, hoewel elk begrip een nuanceverschil kan dragen afhankelijk van de context.

Zie ook: uitdrukken, uitdrukking, expliciet.