Jamsoorten

Jamsoorten is een verzamelnaam voor verschillende soorten fruitbeleg die worden gemaakt door fruit met suiker te koken tot een dik, smeerbaar mengsel. Vaak bevat jam ook pectine en een beetje zuur (zoals citroensap) om het geheel te laten bijeren en te laten stolpen. De smaak, structuur en houdbaarheid hangen af van de gebruikte fruitsoort, de suikerhoeveelheid en de bereidingswijze.

De basisingrediënten zijn fruit en suiker; pectine kan van nature in het fruit aanwezig zijn of extra worden toegevoegd. Het kookproces zorgt voor verdichting en behoud van het fruit. Jam wordt doorgaans als zoetbeleg op brood gebuikt, maar ook in desserts en bakrecepten. In sommige gevallen wordt minder suiker gebruikt of worden alternatieve zoetmiddelen toegepast, wat invloed heeft op de textuur en houdbaarheid.

Veel voorkomende jamsoorten zijn gebaseerd op fruit waarvan het pulp of de stukken fruit duidelijk herkenbaar blijven. Voorbeelden zijn aardbeienjam, frambozenjam, abrikozenjam, pruimenjam en kersenjam. Naast jam bestaan er gerelateerde categorieën zoals marmelade (vaak citrusvruchten met schil) en confituur (bevlogen fruitvulling met grotere stukken fruit). Gelei is een andere variant waarbij het fruitsap wordt teruggehouden en minder tot geen pulp bevat.

Bewaring en gebruik: ongeopende potten worden meestal op een koele, donkere plek bewaard. Na opening wordt jam meestal in de koelkast bewaard en binnen enkele weken geconsumeerd. Jamsoorten vormen een populaire en duurzame manier om fruit te conserveren en te genieten van seizoenssmaken het hele jaar door.