Home

zoetmiddelen

Zoetmiddelen zijn stoffen die voedsel en dranken zoet maken. Ze worden gebruikt om smaken te versterken, om calorieën te verminderen of om de bloedsuikerrespons te beïnvloeden. In de voeding is vaak sprake van een onderscheid tussen suikers (natuurlijke zoetstoffen) en niet-sucrose, niet-calorische of caloriearme zoetstoffen.

- Suikers en natuurlijke zoetstoffen: monosacchariden zoals glucose en fructose, disachariden zoals sucrose, en honing. Deze leveren

- Zoetstoffen op basis van polyolen (sukker-alcoholen): sorbitol, xylitol, mannitol. Ze leveren minder calorieën en hebben vaak

- Niet-calorische of kunstmatige zoetstoffen: aspartaam, saccharine, cyclamaat, acesulfaam K, sucralose, neotame. Ze zijn veel zoeter dan

- Natuurlijke plantaardige zoetstoffen: steviolglycosiden (stevia) en andere plantenextracten. Vaak caloriearm en met weinig invloed op de

Toepassing en gezondheid: Zoetmiddelen worden veel gebruikt in dranken, zuivel, gebak en dieetproducten. Ze kunnen helpen

energie
en
kunnen
voedingswaarde
toevoegen,
maar
dragen
bij
aan
gewichtstoename
en
tot
hogere
bloedglucosespiegels;
ze
kunnen
ook
cariës
bevorderen.
een
minder
sterk
glycemisch
effect.
Bij
overmatige
inname
kunnen
ze
laxerend
werken;
sommige
polyolen
hebben
ook
cariogeen-remmende
eigenschappen
(bijv.
xylitol).
suiker
en
leveren
weinig
tot
geen
calorieën.
In
de
EU
dragen
ze
vaak
een
E-nummer;
veiligheid
is
door
toezichthouders
zoals
EFSA
beoordeeld
en
er
geldt
een
aanvaardbare
dagelijkse
inname
(ADI).
bloedsuiker.
bij
koolhydraatbeperking
en
cariëpreventie,
maar
bijwerkingen
en
GI-gevoelens
kunnen
bij
hoge
doseringen
voorkomen.
Personen
met
phenylketonurie
moeten
aspartaam
vermijden.