Home

Databasestructuren

Databasestructuren verwijzen naar de wijze waarop gegevens in een database zijn georganiseerd en toegankelijk gemaakt. De structuur beïnvloedt welke gegevens kunnen worden opgeslagen, hoe efficiënt queries zijn en hoe goed de oplossing schaalt. Traditioneel bestaan ze uit relationele en niet-relationele modellen, elk met eigen voor- en nadelen.

Relationele databases ordenen data in tabellen met rijen en kolommen. Tabellen raken elkaar via sleutels; relaties

Niet-relationele databases (NoSQL) omvatten meerdere structuren: document stores met JSON-achtige documenten, sleutel-waarde stores met eenvoudige paren,

Historisch bestaan er ook hiërarchische en netwerkmodellen. Die oudere benaderingen boden efficiënte navigatie door gekoppelde records

Architectuurkenmerken zoals partitionering (sharding), replicatie en caching beïnvloeden prestaties en beschikbaarheid. Relationele systemen richten zich vaak

De keuze voor een databasestructuur hangt af van de data-eigenschappen, queries en operationele vereisten: complexe relationele

worden
afgedwongen
door
primaire
en
buitenlandse
sleutels,
en
normalisatie
reduceert
duplicatie.
ACID-transacties
waarborgen
consistentie,
terwijl
SQL
wordt
gebruikt
voor
queries
en
mutaties.
Indexen
versnellen
zoekopdrachten
en
verbeteren
prestaties
bij
veelvoorkomende
bewerkingen.
kolomfamilie-databases
met
brede
rijen
en
dynamische
kolommen,
en
grafendatabases
voor
het
modelleren
van
complexe
relaties.
NoSQL
benadrukt
flexibiliteit
en
schaalbaarheid,
vaak
ten
koste
van
strikt
schema
en
volle
ACID.
maar
zijn
door
de
opkomst
van
relationele
systemen
grotendeels
vervangen;
ze
blijven
in
sommige
nichetoepassingen
voorkomen.
op
sterke
consistentie,
terwijl
veel
NoSQL-systemen
kiezen
voor
BASE-achtig
gedrag
en
eventual
consistency
bij
hoge
schaal.
queries
en
transacties
leunen
meestal
naar
relationele
databases;
grote,
ongestructureerde
datasets
en
horizontale
schaalbaarheid
juist
naar
NoSQL-achtige
oplossingen.