Home

weerssystemen

Weerssystemen zijn georganiseerde patronen van weersverschijnselen die op grote schaal het weer bepalen. Ze ontstaan door verschillen in luchtdruk, temperatuur en vocht en worden verplaatst door de wind en de Coriolis-kracht. Ze kunnen dagen tot weken aanhouden en bestrijken vaak honderden tot duizenden kilometers, waardoor neerslag, wind en temperatuur zich over ruime gebieden ontwikkelen.

De belangrijkste typen zijn lagedrukgebieden (depressies), hogedrukgebieden en frontale systemen. Lagedrukgebieden kennen opstijgende lucht, bewolking en

Ontwikkeling en beweging van weerssystemen worden beïnvloed door factoren als zeewatertemperatuur, vochtigheid, topografie en de rotatie

Toepassingen en gevolgen zijn onder meer dagelijkse weerverwachtingen, waarschuwingen voor extreem weer en risico-inschatting voor transport,

neerslag;
hogedrukgebieden
bestaan
uit
dalende
lucht
en
helder
weer.
Frontale
systemen
ontstaan
waar
warme
en
koude
luchtmassa’s
tegen
elkaar
aan
trekken,
met
vaak
plotselinge
temperatuursveranderingen
en
neerslag.
Daarnaast
bestaan
tropische
systemen
zoals
tropische
depressies,
tropische
stormen
en
orkanen/tyfoons,
die
energie
halen
uit
warm
zeewater
en
aanzienlijke
stormkrachten
kunnen
bereiken.
Op
kleinere
schaal
komen
mesoschaal
convectieve
systemen
voor,
waaronder
squalls
en
mesoscale
convective
systems,
die
intensieve
regen
en
onweer
kunnen
brengen.
van
de
aarde.
Frontale
systemen
ontstaan
door
interactie
tussen
luchtmassa’s,
terwijl
tropische
systemen
zich
vormen
bij
voldoende
warmte
en
vochtigheid
in
tropische
gebieden.
Waarneming
gebeurt
met
radar,
satellietbeelden,
radiosondes
en
andere
meteorologische
instrumenten;
voorspellingen
worden
geleverd
door
numerieke
weersvoorspellingsmodellen
en
ensembles,
die
onzekerheden
illustreren.
landbouw
en
infrastructuur.
Weerssystemen
vormen
daarmee
een
kernonderdeel
van
meteorologie
en
klimaatonderzoek.