weefselpatronen
Weefselpatronen verwijzen naar de kenmerkende organisatie en rangschikking van cellen en de extracellulaire matrix in een weefsel, die samen de structuur en functie bepalen. Patronen kunnen betrekking hebben op de laagopbouw van epitheel, de ruimtelijke oriëntatie van vezels en collageen in bindweefsel, of de netwerken van zenuwcellen en gliacellen. Het begrip is zowel in de embryonale ontwikkeling als in de klinische context van belang, omdat afwijkingen in patroonvorming kunnen leiden tot functieverlies of ziekte.
Tijdens de ontwikkeling ontstaan weefselpatronen onder invloed van signaalroutes en morfogenen die cellen positioneren en differentiëren.
Patronen worden bestudeerd met histologie, immunohistochemie en microscopie, vaak ondersteund door computeranalyse en 3D-imaging. In de
Voorbeelden van patronen zijn epitheliale patronen (éénlagig versus meervoudig epitheel, klierpatronen zoals acinaire en tubulaire structuren),