Home

urinevorming

Urinevorming is het proces waarbij de nieren bloed omzetten in urine. Het vindt plaats in de nefronen en berust op drie hoofdfasen: glomerulaire filtratie, tubulaire reabsorptie en tubulaire secretie. In de glomerulus wordt plasma onder druk gefilterd in Bowman's kapsel, zodat filtraat ontstaat. De filtratiebarrières laten water en veel kleine moleculen door, maar houden grote plasma-eiwitten tegen. De hoeveelheid die per minuut gefilterd wordt, heet de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) en bedraagt bij gezonde volwassenen ongeveer 90–120 ml/min.

Na filtratie stroomt het filtraat door de proximale tubulus, waar het grootste deel van de terugresorptie plaatsvindt.

De uiteindelijke urine bestaat vooral uit water, maar bevat ook afvalstoffen zoals urea, creatinine, uraten en

Water,
natrium,
glucose,
aminozuren
en
bicarbonaat
worden
actief
of
passief
teruggehaald
naar
het
bloed;
ook
andere
opgeloste
stoffen
kunnen
worden
teruggewonnen.
In
de
lis
van
Henle
wordt
de
concentratie
en
osmolaliteit
van
het
filtraat
geregeld,
waardoor
de
nieren
urine
kunnen
concentreren
of
verdunnen.
In
de
distale
tubulus
en
verzamelkanalen
vindt
verdere
reabsorptie
en
secretie
plaats
onder
invloed
van
hormonen,
waardoor
de
urine
nauwkeurig
wordt
gereguleerd.
ADH
verhoogt
bijvoorbeeld
de
waterreabsorptie,
aldosteron
verhoogt
natriumresorptie
en
kaliumsecretie,
en
ANP
remt
natriumreabsorptie.
verschillende
ionen
(natrium,
kalium,
chloride).
De
samenstelling
en
het
volume
variëren
met
vochtinname,
dieet
en
gezondheidsstatus.
Samen
geven
GFR
en
urineconcentratie
een
beeld
van
nierfunctie
en
de
handhaving
van
water-
en
elektrolytenbalans.