uitleessnelheid

Uitleessnelheid is een maat voor hoe snel gegevens kunnen worden uitgelezen uit een bron, zoals een sensor, geheugen of een data-acquisitiesysteem. Het beschrijft de snelheid waarmee data beschikbaar komen na het verzenden van een uitleescommando en is met schrijven niet hetzelfde.

De eenheden zijn bits per seconde of bytes per seconde, en in sommige contexten ook het aantal monsters of frames per seconde (fps) in beeldapparatuur. In beeldvormende applicaties bepaalt de uitleessnelheid mede de maximale beeldsnelheid en kan een snelle uitlezing leiden tot rolling shutter-effecten.

Factoren die de uitleessnelheid bepalen zijn onder meer de bandbreedte van de interface (bijv. PCIe, USB, SATA), de verwerkingssnelheid van de uitleescontroller, buffering, en de overhead van codering en softwarelagen.

Toepassingsgebieden zijn onder meer camera's (CCD/CMOS), solid-state drives, meet- en registratieapparatuur en netwerk- of sensordatacollectiesystemen.

Optimalisatie gaat vaak samen met het verhogen van de interfacebandbreedte, het verminderen van software-overhead en het toepassen van parallel uitlezen of gegevenscompressie. Nadelen kunnen onder meer hoger stroomverbruik, meer warmte, en soms toegenomen leesruis en een beperking van het dynamisch bereik zijn.