spouwruimte

Spouwruimte is de vrije ruimte tussen de binnen- en buitenmuur van een gebouw met een spouwmuur. Deze ruimte bevindt zich tussen het binnenblad, bijvoorbeeld een metselwerk of betonplaat, en het buitenblad, meestal metselwerk of gevelsteen. De term verwijst naar de luchtlaag die de twee muren scheidt.

De spouwruimte heeft meerdere functies. Ten eerste vermindert zij warmteverlies door het verminderen van koudebruggen langs de muurvlakken. Ten tweede biedt zij een ademende scheiding die vocht van regen en opstijgend vocht kan afvoeren en drogen mogelijk maakt. Daartoe is de spouw meestal geventileerd via openingen of spouwventilatie en kan ze bij de onderkant aflopen via weeperollen of gootjes om water af te voeren. Bij renovatie of bouw kan spouwisolatie worden ingebracht om de thermische prestaties verder te verbeteren.

Wat betreft constructie varianten is er een onderscheid tussen een oningevulde (of gedeeltelijk gevulde) spouw en een geïsoleerde spouwmuur. In moderne bouw wordt de spouw meestal voorzien van isolatiemateriaal (zoals minerale wol of polyurethaan) ter plaatse van de gehele hoogte, terwijl de ventilatie en drainage gewaarborgd blijven. De breedte van de spouw varieert doorgaans, maar ligt vaak tussen circa 40 en 100 millimeter, afhankelijk van bouwjaar, ontwerp en isolatiewensen.

Onderhoud en aandachtspunten: een goed functionerende spouw vereist een adequate ventilatie en drainage, anders kan vochtproblemen, schimmel en schade aan de binnenafwerking ontstaan. Bij gebrekkige afwatering of verstoorde ventilatie kunnen vochtproblemen terugkeren ondanks isolatie.