Home

hoogte

Hoogte is een Nederlands woord dat de verticale afstand aanduidt: de maat van iets van onder naar boven, vaak uitgedrukt in meters of voeten. Het begrip komt voor in zowel praktische als theoretische contexten en kan verwijzen naar de hoogte van een object, een landschap of een locatie ten opzichte van een referentievlak.

In dagelijks taalgebruik gaat het veelal om de hoogte van personen, gebouwen, bomen of bergen. Men spreekt

In aardrijkskunde en topografie heeft hoogte een specifieke betekenis: hoogte boven zeeniveau. Kaarten en modellen geven

In de meetkunde heeft hoogte een geotechnische betekenis: in een driehoek is de hoogte de loodrechte afstand

In muziek wordt vaak gesproken van toonhoogte, de perceptie van de frequentie van een toon. Hoewel “hoogte”

bijvoorbeeld
van
de
hoogte
van
een
gebouw
of
de
hoogte
van
een
berg.
Specificaties
noemen
vaak
bouwhoogte
of
maximale
hoogte.
hoogtewaarden
weer,
en
termen
als
hoogte,
hoogteligging
of
relief
verwijzen
naar
verdelingen
van
hoogte
over
een
gebied.
Voor
luchtvaart
en
navigatie
is
hoogte
cruciaal:
vlieghoogte
of
hoogte
boven
zeeniveau
(AGL/MSL)
worden
gemeten
met
altimeters.
van
een
hoek
naar
de
tegenoverliggende
zijde;
de
bijbehorende
lijn
heet
de
hoogte
of
hoogtelijn.
Ook
in
ruimtere
bevestigt
de
hoogte
zich
als
de
verticale
maat
in
figuren
en
volumes.
op
zichzelf
kan
worden
begrepen
als
geluidshoogte,
noemt
men
meestal
toonhoogte
om
verwarring
te
voorkomen.