Home

sedimentatiesnelheid

Sedimentatiesnelheid, ook wel bezinkingssnelheid genoemd, is de snelheid waarmee deeltjes die in suspensie in een vloeistof hangen bezinken naar de bodem onder invloed van de zwaartekracht. In geowetenschappen en waterbeheer is deze snelheid een cruciale factor bij de interpretatie van depositie, transport en de vorming van sedimenten.

De bezinking hangt af van de eigenschappen van de deeltjes (diameter, dichtheid, vorm) en van de vloeistof

Bij hoge concentraties kan hindered settling optreden, waarbij de aanwezigheid van andere deeltjes de bezinkingssnelheid verlaagt.

Toepassingen liggen breed: in sedimentologie en paleolimnologie voor het interpreteren van depositiesnelheden en in waterbehandeling voor

Eenheden variëren van mm/jaar of m/jaar voor langzame deposities tot de snelheid van individuele deeltjes in

(dichtheid,
viscositeit,
temperatuur).
Bij
kleine
deeltjes
in
laminaire
stroming
geldt
in
eerste
orde
Stokes’
wet:
v_t
=
(ρ_p
−
ρ_f)
g
d^2
/
(18
μ).
Voor
grotere
deeltjes
of
hogere
Reynoldsgetallen
wordt
de
dragcoëfficiënt
Cd
bepaald
empirisch
en
moet
v_t
vaak
worden
opgelost
met
Cd
als
functie
van
het
Reynoldsgetal.
Turbulentie,
aggregatie
van
deeltjes,
vorm
en
porositeit
van
het
sediment
en
opwaartse
stromingen
kunnen
bezinking
belemmeren
of
versnellen,
wat
de
uiteindelijke
depositiepatronen
in
meren,
rivieren
en
sedimentatiebassins
beïnvloedt.
het
ontwerp
van
bezinkingseenheden.
Bezemingmetingen
worden
vaak
uitgevoerd
met
bezinkingstesten
in
een
kolom
of
kolf;
in
de
studie
van
sedimentaire
omgevingen
worden
ook
dateringsmethoden
zoals
Pb-210
of
Cs-137
gebruikt
om
afzettingspercentages
over
tijd
te
reconstrueren.
m/s.
De
concepten
zijn
van
belang
voor
bodemvorming,
drinkwaterzuivering
en
milieuprojecten.