muteerde

Muteerde is de verleden tijd van het Nederlandse werkwoord muteren, wat betekent: ondergaan van een mutatie of verandering. In de biologie en genetica verwijst muteren naar een wijziging in het DNA, het genoom of de coderende sequenties, die kan leiden tot andere erfelijke eigenschappen of fenotypes. Het woord kan ook in bredere zin worden gebruikt voor vormen van verandering die blijvend of erfelijk van aard kunnen zijn, maar in de wetenschappelijke en wetenschappelijke-achtige taal verwijst muteren meestal naar genetische processen.

Verklaring van de vervoeging: muteerde is de eenvoudige verleden tijdvorm. De tegenwoordige tijd is muteert. Andere vormen zijn onder meer ik muteerde, jij muteerde, hij muteerde; wij muteerden; jullie muteerden; zij muteerden. Voorbeelden van zinnen: De bacterie muteerde door blootstelling aan straling, waardoor een nieuwe variant ontstond; Het virus muteerde over meerdere generaties en veranderde zo de bindingsspecificiteit.

Etymologie en verwante termen: muteerde is afgeleid van muteren, dat teruggaat op het Latijn mutare, ‘veranderen’. Verwante begrippen zijn mutatie (de feitelijke verandering in DNA), mutant (een organisme met één of meer mutaties) en mutagene factoren die mutaties kunnen veroorzaken. Het begrip muteerde dienst als grammaticale vorm om aan te geven dat zo’n verandering in een verleden heeft plaatsgevonden.