Home

maatleer

Maatleer, ook wel maattheorie genoemd, is een tak van de wiskunde die zich bezighoudt met maten, meetbare verzamelingen en meetbare functies. Het hoofddoel is om lengtes, oppervlakten, kansen en andere grootheden te beschrijven via een maat μ op een verzameling X met een σ-algebra F.

Een maatruimte bestaat uit een drietal (X, F, μ), waarbij μ: F → [0, ∞] voldoet aan μ(∅) = 0 en σ-additiviteit.

De Lebesgue-integraal is een leidend concept in maatleer en werkt ook voor functies die niet Riemann-integreerbaar

Historisch ontstond maatleer uit werk van Henri Lebesgue en werd later door Kolmogorov geformaliseerd als fundering

Voorbeelden
zijn
de
Lebesgue-maat
op
de
reële
getallen
en
de
tellingmaat
op
een
eindige
of
oneindige
verzameling.
Meetbare
functies
f:
X
→
R
zijn
functies
waarvoor
het
preimage
van
elke
Borel-verzameling
in
R
behoort
tot
F;
zo
defineert
men
integraal
en
afstandsconvergentie.
zijn.
Belangrijke
getallen
en
begrippen
zijn
Lp-ruimtes,
Carathéodory-extensie,
en
conventies
zoals
gekoppelde
kans-
en
verwachtingsdefinities.
Cruciale
stellingen
omvatten
het
Monotone
Convergentie
Theorema,
het
Gedomineerde
Convergentie
Theorema,
Fatou’s
lemma
en
Fubini’s
theorema,
die
het
uitwisselen
van
limieten
en
integratie
mogelijk
maken.
van
de
waarschijnlijkheid.
Maatleer
biedt
de
basis
voor
analyse,
probabiliteit,
statistiek,
ergodetheorie
en
veel
delen
van
functionaal
analyse,
door
abstracte
concepten
van
grootte
en
integratie
te
leveren
die
verder
gaan
dan
intuïtieve
meetkunde.