Home

fibrinopeptiden

Fibrinopeptiden zijn kleine peptidefragmenten die ontstaan bij de omzetting van fibrinogeen in fibrine door trombine. Bij deze proteolyse worden fibrinopeptide A (FpA) van het α-keten en fibrinopeptide B (FpB) van het β-keten verwijderd. Het verwijderen van deze peptiden maakt de ‘knob’-sites vrij, waardoor fibrine‑monomeren kunnen samenkomen en een fibrine-netwerk vormen dat de bloedstolsel stabiliseert.

De fibrinopeptiden zelf komen als vrije peptiden in het bloed terecht, en staan daarom bekend als indicatoren

Fibrinopeptiden hebben een korte halfwaardetijd en worden snel geëlimineerd, waardoor ze vooral reflecteren op recente activiteit.

van
trombineactiviteit
en
coagulatieactiviteit.
Hun
plasma-concentraties
nemen
toe
bij
toegenomen
trombinegeneratie,
zoals
bij
verwondingen,
ontstekingsprocessen
of
coagulopathieën.
Ze
kunnen
worden
gemeten
met
immunoassays
of
andere
analytische
methoden
en
worden
gebruikt
in
onderzoeks-
en
klinische
contexten
om
de
mate
van
trombinegeneratie
te
evalueren
of
anticoagulante
therapie
te
monitoren.
Bij
gezonde
personen
ligt
hun
niveau
doorgaans
laag;
verhoogde
niveaus
kunnen
wijzen
op
recente
of
actieve
coagulerende
processen.
Klinisch
gebruik
blijft
voornamelijk
beperkt
tot
onderzoeksomstandigheden
en
specialistische
tests,
aangezien
routine
standaardtesten
op
coagulatietoestanden
vaak
minder
gericht
zijn
op
deze
peptiden.