branddeuren

Branddeuren, often translated as fire doors, are doors designed to slow or prevent the spread of fire and smoke between compartments in a building. Their primary purpose is to provide safe evacuation routes and to give firefighters time to respond. They are typically used in walls, corridors, stairwells, and mechanical or electrical rooms.

A branddeur bestaat uit een deurblad, een deurkozijn en vaak glas dat brandwerend is. Het deurblad kan een brandwerende kern bevatten, zoals minerale wol of samengestelde materialen, en er zitten brandwerende afdichtingen (intumescente strips) rondom de randen. Bijzondere hardware, zoals zelfsluitende scharnieren en brandveilige sloten, is vaak vereist. De deur kan ook glas bevatten dat speciaal is getest voor brandveiligheid.

Richtlijnen en classificatie: branddeuren worden getest volgens Europese normen zoals EN 1634-1, en krijgen een brandweerendheidsduur uitgedrukt in minuten (bijvoorbeeld FD30, FD60). Soms wordt ook gesproken over EI-waarden (integriteit en isolatie) bij deurenmet glas. Certificering door erkende testinstellingen en markering op de deur of het deurkozijn geeft aan dat de deur aan de vereisten voldoet. In gebouwen worden branddeuren vaak onderdeel van een brandruimte-indeling en kunnen lokale voorschriften extra eisen stellen aan montage en onderhoud.

Installatie en onderhoud: een juiste installatie vereist afstemming tussen deurblad, kozijn, afdichtingen en hardware, en vaak een bijpassende brandwerende frameconstructie. Regelmatig onderhoud en inspectie van strak sluitende deuren en afdichtingen is noodzakelijk, inclusief controles op slijtage van scharnieren, sluitsystemen en glas.

Branddeuren spelen zo een cruciale rol in de brandveiligheid van gebouwen en vereisen professionele installatie en periodieke toetsing.