bereken

Bereken is een Nederlands werkwoord dat betekent berekenen of rekenen. Het komt voor in wiskunde, financiën, techniek en alledaagse probleemoplossing. De infinitief is berekenen; bereken is de gebiedende wijs die wordt gebruikt om een directe instructie te geven, bijvoorbeeld: Bereken het bedrag. In de tegenwoordige tijd zijn de vormen ik bereken, jij berekent en hij/zij berekent. De verleden tijd is berekende en het voltooid deelwoord is berekend. De afgeleide zelfstandige naamwoorden zijn berekening (het proces van het berekenen) en berekend als deelwoord bij describe van een berekend resultaat.

Bereken is transatief en neemt meestal een rechtstreeks object: het bedrag, de som, het verschil, enzovoort. Het komt veel voor in instructies, wiskundige opgaven en software of gereedschappen die in het Nederlands zijn gelokaliseerd. In informele spraak kan ook uitrekenen als synoniem voor het concreet tot resultaat brengen van een berekening worden gebruikt.

Etymologie en verwantschap: Bereken is verwant aan het zelfstandig naamwoord rekening (rekening, berekening) en aan het werkwoord rekenen (tellen). De woordfamilie omvat onder meer berekening en berekend; deze vormen duiden op het proces of het resultaat van tellen en controleren. De term wordt in praktische en onderwijscontexten vaak gebruikt om het proces van vaststellen van een numerieke uitkomst te beschrijven.