antibodyactiviteit
Antibodyactiviteit verwijst naar de functionele capaciteiten van antistoffen (antilichamen) in het immuunsysteem. Het omvat meer dan alleen de bindingsspecificiteit aan antigenen; het beschrijft ook de capaciteit van antistoffen om immuunresponsen te initiëren of te versterken. De belangrijkste vormen van antibodyactiviteit zijn neutralisatie van virussen of toxines, opsonisatie die fagocytose bevordert, activatie van het complementsysteem, en Fc-gemedieerde effectorfuncties zoals ADCC (antibody-dependent cellular cytotoxicity) en ADCP (antibody-dependent cellular phagocytosis).
De chemische en cellulaire mechanismen achter antibodyactiviteit hangen af van zowel de variabele regio die aan
Metingen van antibodyactiviteit worden uitgevoerd met verschillende assays. Bindingassays zoals ELISA evalueren bindingsspecificiteit en affiniteit. Neutralisatieassays
Toepassingen en klinische relevantie betreffen vaccinontwikkeling, waarbij functionele antistoffen gewenst zijn, en therapeutische antistoffen die gecontroleerde