Sleutelaar

Sleutelaar is een informele Nederlandse term voor iemand die graag sleutelt: met gereedschap aan apparaten, voertuigen of elektronica rommelt, onderdelen afstelt en probeert te repareren of te verbeteren. De term heeft doorgaans een speelse, positieve connotatie en verwijst naar een nieuwsgierige, vindingrijke hobbyist die het leuk vindt om dingen uit elkaar te halen en weer in elkaar te zetten.

Etymologie en betekenis. Het woord is afgeleid van sleutelen, een werkwoord dat knutselen, prutsen of fijn afstellen impliceert. Het achtervoegsel -aar duidt een persoon aan die de genoemde activiteit regelmatig uitvoert. Hoewel de vorm letterlijk naar sleutels kan verwijzen, heeft sleutelaar vooral de betekenis van iemand die overal mee bezig is en experimenten uitvoert.

Gebruik en context. Sleutelaar wordt vooral in informele taal gebruikt, binnen doe-het-zelf-, elektronica- en autoliefhebbergemeenschappen. De term kan zowel affiniteit als een zekere amateurstatus aangeven: de persoon heeft plezier in zelf repareren en aanpassen, maar is geen professionele vakman. In sommige situaties kan het ook milder of zelfspot omvatten.

Verwante termen. Een nauw verwante Nederlandse term is sleutelaar, die dezelfde betekenis kan hebben, hoewel sleutelaar vaker voorkomt in alledaagse taal. Een professionele tegenhanger is de slotenmaker of sleutelsmaker, iemand die met sleutels en sloten werkt als beroep.

Zie ook. Sleutel, sleutelen, sleutelsmaker, slotenmaker.