Printsnelheid

Printsnelheid is de snelheid waarmee een printer de printkop verplaatst tijdens het afdrukken. In de context van 3D-printen wordt deze snelheid doorgaans uitgedrukt in millimeters per seconde (mm/s); bij traditionele kantoor- of industrieleprinters kan men spreken van pagina’s per minuut (ppm) of afbeeldingen per minuut (ipm). De term verwijst zowel naar de snelheid van de bewegingen terwijl materiaal wordt geëxtrudeerd als naar de snelheid van reisbewegingen waarbij geen materiaal wordt gelegd.

In 3D-printen zijn er twee relevante snelheden: de print snelheid (extruderen van materiaal) en de reistijd (bewegingen zonder extrusie). Slicer-software stelt deze snelheden in, samen met acceleratie- en jerk-waarden die het gedrag van de printer bij snelle bewegingen bepalen. Printkwaliteit, laaghoogte en materiaalgedrag hangen nauw samen met de ingestelde snelheden.

Factoren die de printsnelheid beperken zijn onder meer de mechanische kracht en stijfheid van de printer, de motoren en aandrijvingen, de nozzle-grootte en laaghoogte, de materiaaltemp en vloeitbaarheid, en de mogelijkheden van de path planning. Hogere snelheden kunnen leiden tot minder nauwkeurige prints, oppervlakte ruwheid, onder- of overslag van extrusie en slechtere hechting tussen lagen. Regelelementen zoals kalibratie van de flow (extrusion multiplier), temperatuur en acceleratie kunnen helpen om een evenwicht te vinden tussen snelheid en kwaliteit.

Typische snelheden voor consumententoestellen liggen vaak tussen 40 en 100 mm/s; hogere snelheden zijn mogelijk maar leveren meestal kwaliteitsverlies op. Snelle schattingen van printtijd hangen af van modelcomplexiteit, hoogte van de laag en gekozen instellingen. Het optimaliseren van printsnelheid is een afweging tussen productiviteit en gewenste afdrukkwaliteit.