Home

Deelnemen

Deelnemen is een Nederlands werkwoord met de kernbetekenis: actief aanwezig zijn en betrokken raken bij een activiteit, gebeurtenis of situatie. Het gaat om het hebben van een aandeel in iets en het meepraten, meewerken of deelnemen aan wat er gebeurt. Het werkwoord wordt vaak in formelere of officiële contexten gebruikt, bijvoorbeeld bij studies, onderzoeken of competities.

Etymologie en structuur: Deelnemen is samengesteld uit deel en nemen, letterlijk “een deel nemen.” Het geeft

Vervoeging en voorbeelden: In de tegenwoordige tijd zeg je: ik neem deel aan..., jij neemt deel aan...,

Naamwoorden en afgeleiden: Het zelfstandig naamwoord van deelname is deelname (of deelneming). Een deelnemer is iemand

Gebruik en nuances: Deelnemen benadrukt vaak actief engagement en formele betrokkenheid, bijvoorbeeld bij beleid, onderzoeken of

aan
dat
iemand
een
aandeel
heeft
in
een
activiteit.
Het
wordt
meestal
gevolgd
door
de
prepositie
aan,
zoals
deelnemen
aan
een
wedstrijd
of
deelnemen
aan
een
conferentie.
hij
neemt
deel
aan....
In
de
verleden
tijd:
ik
nam
deel
aan...,
wij
namen
deel
aan....
Het
voltooid
deelwoord
is
deelgenomen;
bijvoorbeeld:
Ik
heb
aan
het
project
deelgenomen.
Een
tweede
veelgebruikte
vorm
is
het
synoniem
meedoen,
dat
iets
minder
formeel
klinkt
maar
vaak
hetzelfde
betekent
in
dagelijkse
taal.
die
deelneemt.
Andere
gerelateerde
termen
zijn
deelname
of
participatie,
die
vaker
in
zakelijke
of
beleidscontexten
voorkomen.
officiële
wedstrijden.
Meedoen
is
meestal
informeler
en
kan
verwijzen
naar
elke
vorm
van
deelname
binnen
een
groep
of
activiteit.
De
keuze
tussen
beide
kan
afhankelijk
zijn
van
toon,
doelgroep
en
context.
Voorbeelden:
“De
leerlingen
nemen
deel
aan
de
projectweek.”
“Deelnemers
aan
de
enquête
krijgen
een
voucher.”