Bougieonderhoud

Bougieonderhoud omvat het inspecteren en vervangen van bougies in verbrandingsmotoren. Bougies leveren de vonk die het lucht-brandstofmengsel ontstekt, waardoor de motor draait. Versleten of vervuilde bougies kunnen leiden tot moeilijk starten, een onregelmatig lopende motor en minder brandstofefficiëntie.

De onderhoudsfrequentie hangt af van het motorontwerp en het type bougie. Raadpleeg de fabrikant; veel voertuigen verwachten bougievervanging tussen circa 60.000 en 120.000 kilometer, maar oudere motoren of specifieke bougies kunnen vaker onderhoud nodig hebben. Signalen van versleten bougies zijn moeilijk starten, onregelmatig stationair draaien, misfires, hoger brandstofverbruik of een meldingslampje.

Uitvoering: laat de motor afkoelen en schakel spanningsbronnen uit. Verwijder de bougie met een bougiesleutel, doe dit per bougie om verwisseling van kabels te voorkomen. Inspecteer de elektrodes en het isolatorlichaam op slijtage, koolstof- of olieafzettingen en barsten. Meet de elektrische opening (gap) met een feeler gauge en vergelijk deze met de door de fabrikant opgegeven waarde. Reinig indien toegestaan door de fabrikant; bij moderne motoren is vervangen meestal de aanbevolen oplossing in plaats van reinigen. Draai de bougie voorzichtig weer vast tot het voorgeschreven koppel en sluit de kabel of ontstekingsspoel weer aan. Gebruik anti-zes of smeermiddelen alleen als de fabrikant dit voorschrijft, aangezien veel moderne motoren dit juist kunnen voorkomen of de bevestiging kunnen verstoren. Vervang bougies als groep volgens de onderhoudsintervallen en gebruik hetzelfde type en merk voor optimale prestaties.

Let op: dieselmotoren gebruiken geen bougies maar glow plugs, die aparte onderhoudsregels kennen. Goed bougieonderhoud verbetert starten, verbranding en emissies. Oude bougies dienen milieuvriendelijk te worden afgevoerd.