Home

uitsnijding

Uitsnijding is een term uit het Nederlands die verwijst naar het verwijderen van weefsel uit de omgevende structuur door middel van snijden. De etymologie gaat uit- (naar buiten) en snijden. In de geneeskunde duidt uitsnijding meestal op excisie: chirurgisch verwijderen van weefsel, vaak een afwijking of verdachte laesie, soms met een rand gezond weefsel. De term kan ook informeel gebruikt worden voor het “uitknippen” van weefsel.

In de medische praktijk kan uitsnijding diagnostisch of therapeutisch zijn. Diagnostisch kan een uitsnijding plaatsvinden om

Procedure en uitvoering worden doorgaans uitgevoerd onder lokale anesthesie, soms onder algehele anesthesie afhankelijk van de

Complicaties kunnen pijn, bloedingen, infectie en littekenvorming zijn. Als hygiene en nazorg correct worden toegepast, blijven

het
weefsel
histologisch
te
onderzoeken
en
zo
een
diagnose
te
stellen.
Therapeutisch
kan
het
doel
zijn
om
klachten
te
verlichten
of
een
aandoening
te
genezen,
bijvoorbeeld
door
verwijdering
van
een
tumor,
abces
of
andere
afwijking.
locatie
en
omvang.
De
arts
markeert
de
laesie
en
snijdt
rondom
de
afwijking,
met
als
doel
een
volledige
verwijdering
van
het
afwijkende
weefsel.
Soms
wordt
een
laesie
in
delen
verwijderd
of
worden
marges
rondom
de
laesie
bewaakt.
Na
verwijdering
wordt
de
wond
meestal
gehecht
of
verzorgd
om
genezing
te
bevorderen.
Het
pathologisch
onderzoek
van
het
verwijderde
weefsel
is
vaak
een
essentieel
onderdeel
van
de
procedure.
risico’s
doorgaans
beperkt.
Uitsnijding
blijft
een
veelgebruikte
methode
in
zowel
diagnostische
als
therapeutische
contexten.