Home

markeert

Markeert is de derde persoon enkelvoud van het Nederlandse werkwoord markeren, wat betekent: iets aangeven, benadrukken of aanduiden met een teken, kleur of label. Het werkwoord wordt veel gebruikt in onderwijs, redactie, informatica en cartografie, en verwijst naar het zichtbaar maken van passages, objecten of grenzen.

Conjugatie en verwante vormen: markeren is een regelmatig werkwoord uit de groep -eren. Tegenwoordige tijd: ik

Gebruik en contexten: markeren wordt gebruikt om informatie visueel te onderscheiden, bijvoorbeeld door kleur of onderstreping:

Etymologie en verwante termen: markeren is een vrij recent leenwoord in het Nederlands, vermoedelijk afgeleid van

Zie ook: mark, aanduiden, label, markering.

markeer,
jij
markeert,
hij
markeert,
wij
markeren,
jullie
markeren,
zij
markeren.
Verleden
tijd:
ik
markeerde,
jij
markeerde,
hij
markeerde,
wij
markeerden,
jullie
markeerden,
zij
markeerden.
Voltooid
deelwoord:
gemarkeerd.
In
passieve
constructies
verschijnt
meestal
een
vorm
als
“wordt
gemarkeerd”
of
“is
gemarkeerd”.
“de
docent
markeert
de
fouten
op
het
schrift”
of
“belangrijke
passages
kunnen
in
een
document
gemarkeerd
worden.”
In
digitale
contexten
wordt
vaak
gesproken
over
tekst
markeren
for
selectie,
“markeren
van
velden”
of
“markering
van
lijnen
op
een
kaart.”
Synoniemen
zijn
aanduiden,
labelen,
markeren
en
etiquetteren,
elk
met
subtiele
nuances
afhankelijk
van
de
context.
Het
zelfstandig
naamwoord
markering
verwijst
naar
de
handeling
zelf
of
naar
het
teken
dat
is
achtergelaten.
Engelse
mark
of
Franse
marquer
via
de
gangbare
-eren-verbvorming.
Gerelateerde
woorden
zijn
markering,
gemarkeerd
en
markeringstechnieken.