Home

taalafhankelijkheden

Taalafhankelijkheden zijn de grammaticale relaties tussen woorden en zinsdelen die voortkomen uit de regels van een specifieke taal. Ze geven aan welke eenheden met elkaar verbonden zijn en welke functies ze vervullen in de zin, zoals onderwerp, predicaat, lijdend voorwerp en bijwoordelijke bepalingen. In dependency grammar worden deze relaties weergegeven als hoofden en afhankelijken, waarbij elk afhankelijk woord aan een hoofdelement hangt.

Binnen taalkunde onderscheiden we syntactische afhankelijkheden (welk woord is het hoofd en wie hangt eraan als

Voorbeelden in het Nederlands: "De kat eet de muis." Hier is "eet" het hoofdwerkwoord; "de kat" hangt

Toepassingen: in linguïstiek, onderwijs en natuurlijke taalverwerking worden afhankelijkheden gebruikt bij syntaxisanalyse en bij het bouwen

onderwerp
of
object),
morfologische
afhankelijkheden
(overeenkomst
tussen
bijvoorbeeld
onderwerp
en
werkwoord)
en
semantische
afhankelijkheden
(valentie
en
subcategorisatiepatronen
bepalen
welke
argumenten
een
woord
vereist).
Afhankelijkheden
verschillen
per
taal
in
woordvolgorde,
inflectie
en
door
case-markering,
en
bepalen
mede
hoe
zinnen
worden
geïnterpreteerd.
als
onderwerp
aan
"eet"
en
"de
muis"
hangt
als
direct
object
aan
"eet."
Een
ander
voorbeeld:
"Het
meisje
geeft
de
jongen
een
boek."
Het
werkwoord
"geeft"
heeft
drie
afhankelijken:
onderwerp
("meisje"),
indirect
object
("jongen")
en
direct
object
("boek").
van
parsers
die
de
betekenis
van
zinnen
proberen
te
achterhalen.