richtingsignalen

Richtingsignalen zijn signalen die bedoeld zijn om een richting aan te geven of te leiden bij beweging of navigatie. Ze kunnen visueel, auditief of elektronisch van aard zijn en komen voor in verschillende domeinen, waaronder verkeer, transport, industrie en informatiedisplays. In het wegverkeer bestaan richtingsignalen vooral uit pijlen en symbolen op verkeersborden en wegmarkeringen, naast de richtingaanwijzers in voertuigen en de variabele verkeersborden die richting of rijstrook kunnen wijzigen.

Naast het verkeer worden richtingsignalen ook toegepast in andere contexten om routes en orde aan te geven. Spoorwegen gebruiken seinen en pijlen langs het perron, en maritieme en luchtvaartsignalen maken gebruik van vlaggen, lichten en geluidsberichten. Binnen gebouwen of magazijnen helpen borden, markeringen en pijlen bij het aangeven van de juiste route.

Ontwerp en standaarden: Richtingsignalen volgen meestal gestandaardiseerde pictogrammen, kleuren en vormen zodat ze wereldwijd begrijpelijk zijn. In Europa en internationaal regelen verdragen en normen de harmonisatie van verkeerstekens en borden, onder meer via UNECE-regels en Europese verkeersbordennormen. Dynamische richtingssignalen, zoals matrix- of LED-tekens, kunnen in realtime wijzigen afhankelijk van omstandigheden.

Geschiedenis: De behoefte aan duidelijke richtingssignalering ontstond bij de opkomst van gemotoriseerd verkeer en grootschalige infrastructuur in de 19e en 20e eeuw, met de geleidelijke invoering van moderne verkeersborden en latere elektronische display-technologie. Zie ook: Verkeersborden, Verkeerssignalering, Signalen.