rapporteerde

Rapporteerde is de verleden tijd van het Nederlandse werkwoord rapporteren, wat betekent dat iemand in het verleden een verslag heeft gemaakt of een melding heeft gedaan. In die zin duidt het op een voltooide handeling waarbij informatie wordt overgebracht of vastgelegd.

Etymologie en verwante vormen: rapporteren gaat terug op het woord rapport met wortels in het Franse rapporter, dat “terugbrengen” of “verslag uitbrengen” betekent. Het woordgebruik is wijdverspreid in journalisme, administratie, politiek en bedrijfscommunicatie. De gerelateerde zelfstandige naamwoorden zijn rapport, rapportage en het bijvoeglijk gerelateerde rapporterend/-ende.

Gebruik: rapporteerde wordt in verschillende contexten gebruikt om verleden tijd aan te geven. Voorbeelden: een verslaggever die vanuit een locatie rapporteerde; een bedrijf dat kwartaalresultaten rapporteerde; een commissie die aan een parlement rapporteerde. In nevenbetrekkingen kan het betrekkelijk zelfstandig staan, bijvoorbeeld: “Zij rapporteerde aan de directeur.” De passieve participatievorm is gerapporteerd, bijvoorbeeld in zinnen als “De cijfers werden gisteren gerapporteerd.”

Vervoeging en grammatica: rapporteren is een regelmatig werkwoord. De hoofdpresentatie is ik rapporteer, jij rapporteert, hij rapporteerde, wij rapporteerden, jullie rapporteerden, zij rapporteerden. Het voltooid deelwoord is gerapporteerd. Het woord onderscheidt zich doorgaans door duidelijk te verwijzen naar het geven van een verslag of melding in het verleden.

Zie ook: rapporteren, rapport, rapportage. Deze onderwerpen behandelen respectievelijk het handelingstype, het verslag zelf en de georganiseerde weergave van gegevens.