Home

investeringscapaciteit

Investeringscapaciteit is het vermogen van een individu, onderneming of economie om te investeren in kapitaalgoederen, vernieuwing of uitbreidingsactiviteiten, rekening houdend met beschikbare middelen en financieringsmogelijkheden. Op ondernemingsniveau gaat het om de capaciteit om investeringen te financieren uit eigen middelen, kasstromen en extern kapitaal; op macro-niveau verwijst het naar het vermogen van de economie om investeringen te realiseren, beïnvloed door spaargeld, kredietvoorzieningen en beleidsomstandigheden.

Voor een onderneming wordt investeringscapaciteit bepaald door kasstroom en winstverwachtingen, afschrijvingen, fiscale regels, en de beschikbaarheid

Meetmethoden: op micro-niveau kan men spreken van een financieringskloof tussen geplande investeringen en interne bronnen. Op

Beleidsimplicaties: vergroting van de investeringscapaciteit kan de productiviteitsgroei ondersteunen. Instrumenten zijn onder meer rente- en fiscaal

Voorbeelden: een fabrikant met stabiele kasstromen heeft doorgaans een hogere investeringscapaciteit dan een start-up met hoog

en
kosten
van
langlopende
financiering.
Daarnaast
spelen
de
vraag-
en
risicoperceptie
en
de
balanspositie
een
rol.
Voor
een
economie
wordt
dit
beïnvloed
door
de
hoogte
van
spaargelden,
rentelasten,
economische
vooruitzichten,
fiscale
prikkels,
politieke
stabiliteit
en
de
ontwikkeling
van
de
financiële
sector;
publieke
investeringen
en
buitenlandse
investeringen
dragen
ook
bij.
macro-niveau
wordt
investeringscapaciteit
vaak
weerspiegeld
in
de
brutaversterking
van
het
kapitaal
als
aandeel
van
het
bbp
(bruto
vaste
kapitaalvorming,
GFCF)
en
in
de
benodigde
investeringen
ten
opzichte
van
de
spaargraad.
beleid,
afschrijvingsregelingen,
subsidies
en
publiek-private
investeringen.
groeipotentieel
maar
beperkte
financieringsmogelijkheden;
in
een
financieringscrisis
neemt
de
capaciteit
vaak
af.